Beroep tegen ongunstige evaluatie in het gemeentelijk onderwijs.

Het huidige evaluatiesysteem voor onderwijspersoneel wordt via het decreet van 13 juli 2007 houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie in het onderwijs geregeld. Dit decreet bepaalt dat het evaluatieproces start met het aanduiden van de evaluatoren, vervolgens volgt het opstellen van een functiebeschrijving en het evaluatieproces zelf met de coaching en begeleiding van het personeelslid. Dit mondt ten slotte uit in een evaluatieverslag en de eventuele gevolgen daarvan. Deze evaluatie kan in uitzonderlijke gevallen leiden tot een evaluatie met eindconclusie “onvoldoende”. Wanneer een personeelslid een evaluatie met eindconclusie “onvoldoende” krijgt, dan heeft hij of zij het recht om beroep aan te tekenen bij het College van Beroep.
 

Het aantal ingediende beroepen wordt per kalenderjaar en per kamer van het College van Beroep weergegeven. Er wordt vermeld in hoeveel gevallen de evaluatie “onvoldoende” werd bevestigd dan wel vernietigd.

Zo waren er binnen het officieel gesubsidieerd onderwijs in 2018 - 3 beroepen tegen onvoldoende. Geen enkel ervan bleef overeind.

In 2019 werden van de 8 beroepen tegen een onvoldoende evaluatie er slechts 2 ongunstige evaluaties behouden.