Ziek maar toch anders: verschillen tussen ambtenaren, loontrekkenden en zelfstandigen

Door: Mensenwerken 9-4-2022

Categorieën
:
Overheid - kandidaat, Overheid - werkgever ,

Ziekteverlof: de verschillen tussen werknemers, zelfstandigen en (statutair) ambtenaren

Bron: De Tijd, 4 april 2022

In de meeste gevallen valt niemand bij ziekte of invaliditeit zonder inkomen. Maar een pas afgestudeerde of iemand die nieuw in een statuut stapt, moet eerst een wachttijd van zes maanden doorlopen. Als u ziek wordt in die maanden, is er geen recht op een uitkering. Er zijn wel verschillen naargelang u werknemer, zelfstandige of ambtenaar bent.

Werknemer

Als werknemer krijgt u 30 dagen gewaarborgd loon van uw werkgever. Bent u langer ziek, dan krijgt u daarna een uitkering van het ziekenfonds of de hulpkas van het RIZIV. Het gaat dan om 60 procent van uw loon, maar de uitkering is begrensd. Sinds 1 maart 2022 bedraagt het begrensde brutoloon 157,6977 euro per dag. ‘Die 60 procent geldt alleen in het eerste jaar primaire arbeidsongeschiktheid’, zegt Ellen Van Grunderbeek, juridisch adviseur bij Acerta. ‘Na één jaar komt de betrokkene in invaliditeit en zijn de percentages lager en in functie van de gezinstoestand.’

Zelfstandige

Een zelfstandige heeft recht op een uitkering vanaf de eerste dag arbeidsongeschiktheid, op voorwaarde dat het om een arbeidsongeschiktheid van minstens acht dagen gaat. Gaat het om een kortere periode, dan krijgt een zelfstandige geen uitkering.

De zelfstandige die zijn inkomenspeil van voor de arbeidsongeschiktheid wil behouden, kan een verzekering gewaarborgd inkomen afsluiten. Die vult de uitkering van het ziekenfonds aan tot het niveau van het gekozen inkomen.

In tegenstelling tot werknemers krijgen zelfstandigen geen uitkering na een arbeidsongeval of beroepsziekte. ‘Het begrip arbeidsongeval of beroepsziekte bestaat eigenlijk niet in hun sector’, zegt Mieke Bruyninckx, juridisch adviseur bij Acerta. ‘Ze zullen dan moeten terugvallen op hun ziekteverzekering, eventueel aangevuld met een verzekering gewaarborgd inkomen.’

Ambtenaar

Voor ambtenaren wordt een systeem van ziektekredietdagen gebruikt. Per 12 maanden dienst-anciënniteit krijgt een federale ambtenaar maximaal 21 werkdagen ziekteverlof. Een ambtenaar met nog geen 36 maanden dienstanciënniteit heeft recht op een voorschot van 63 dagen ziekteverlof.

De niet-opgenomen dagen ziekteverlof kan de ambtenaar opsparen over al zijn werkjaren heen. Als dat aantal uitgeput is, wordt hij in disponibiliteit wegens ziekte geplaatst. Dan ontvangt hij 60 procent van zijn wedde. De brutowedde is niet begrensd.

De Vlaamse ambtenaren krijgen een ‘teller’ van 666 werkdagen ziekteverlof voor hun hele loopbaan. De ziektedagen worden daarvan in mindering gebracht. Er bestaat voor hen geen disponibiliteitsregeling zoals bij de federale ambtenaren.

Voor contractuele personeelsleden betaalt de overheid, net als bij werknemers in de privésector, maximaal 30 dagen een gewaarborgd loon uit bij ziekte of een ongeval. Nadien ontvangt de werknemer een uitkering van de mutualiteit of de hulpkas ter waarde van 60 procent van het loon, maar begrensd tot 3.705,72 euro per maand.